Laws:

Act of 20 December 2001

Albania
Laws, Policies and Guidelines
Official Bodies and Reports
Research Resources
Argentina
Official Bodies and Reports
Armenia
Research Resources
Australia
Official Bodies and Reports
Research Resources
Archival Records
Belarus
Official Bodies and Reports
Research Resources
Bosnia-Herzegovina
Official Bodies and Reports
Bulgaria
Official Bodies and Reports
Canada
Art Trade
Museums, Libraries and Archives
Official Bodies and Reports
Croatia
Official Bodies and Reports
Research Resources
Archival Records
Cyprus
Official Bodies and Reports
Denmark
Official Bodies and Reports
Museums, Libraries and Archives
Estonia
Official Bodies and Reports
Research Resources
Finland
Georgia
Research Resources
Greece
Official Bodies and Reports
Research Resources
Archival Records
Korea
Research Resources
Latvia
Official Bodies and Reports
Lithuania
Books and Publications
Official Bodies and Reports
Luxembourg
Official Bodies and Reports
Research Resources
Macedonia
Official Bodies and Reports
Research Resources
Norway
Official Bodies and Reports
Research Resources
Bibliographies
Paraguay
Official Bodies and Reports
Looted Cultural Property, Libraries and Archives
Museums, Libraries and Archives
Museums
Official Bodies and Reports
Research Resources
Portugal
Official Bodies and Reports
Romania
Official Bodies and Reports
Slovakia
Official Bodies and Reports
Slovenia
Laws, Policies and Guidelines
Official Bodies and Reports
Research Resources
Spain
Official Bodies and Reports
Research Resources
Sweden
Turkey
Official Bodies and Reports
Ukraine
Official Body and Reports
Research Resources
Uruguay
Official Bodies and Reports
Yugoslavia
Research Resources

Title  
Act of 20 December 2001 relating to the indemnification of the Belgian Jewish Community's assets which were plundered, surrendered or abandoned during world War II

Date
20 December 2001

Summary  
The Belgian Government introduced a bill in Parliament (Chamber of Representatives DOC 50 1379/001-010 - Senate, 2-959/1) with the aim to set up a Commission for the indemnification of members of the Belgian Jewish Community whose assets were plundered, surrendered or abandoned during World War II. The bill became the Act of 20 December 2001, published in the Moniteur Belge of 20 January 2002. The Act came into effect by Royal Decree on 13 March 2002. The original text of the bill is set out below in French and Flemish.

The purpose of the new Commission is to investigate indemnification claims which may be submitted within a one-year period ending 19 March 2003.

Law  
Royaume de Belgique
Services du Premier Ministre
Ministere de la Justice
Ministere des Finances

Koninkrijk België
Diensten van de eerste Minister
Ministerie van Justitie
Ministerie van Financiën

Projet de loi
Relative au dedommagement des membres de la communaute juive de Belgique pour leurs biens spolies ou delaisses pendant la guerre 1940-1945

Ontwerp van wet
Betreffende de schadeloosstelling van de leden van de joodse Gemeenschap van België voor hun goederen die werden Geplunderd of achtergelaten tijdens de oorlog 1940-1945

ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et á venir, Salut.

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen,
Onze Groet,

Sur la proposition de Notre Premier Ministre, de Notre Ministre de la Justice et de Notre Ministre des Finances,

Op de voordracht van Onze Eerste Minister, Onze Minister van Justitie en Onze Minister van Financiën,

Nous avons arrêté et arrêtons:
Hebben wij besloten en besluiten wij:
Notre Premier Ministre, Notre Ministre de la Justice et Notre Ministre des Finances sont chargés de présenter, en Notre nom, aux Chambres législatives et de déposer à la Chambre des représentants, le projet de loi dont la teneur suit:

Onze Eerste Minister, Onze Minister van Justitie en Onze Minister van Financiën zijn ermee belast het ontwerp van wet, waarvan de tekst hierna volgt, in Onze naam aan de Wetgevende Kamers voor te leggen en bij de Kamer van volksvertegenwoordigers in te dienen:

Chapitre Ier - Disposition générale Hoofdstuk I - Algemene bepaling
Article 1er. La présente loi règle une matière visée à l'article 78 de la Constitution.

Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.
Chapitre II - La Commission pour le dédommagement des membres de la Communauté
juive de Belgique pour leurs biens spoliés ou délaissés pendant la guerre 1940-1945
Hoofdstuk II - De Commissie voor de schadeloosstelling van de leden van de Joodse
Gemeenschap van België voor hun goederen die werden geplunderd of achtergelaten tijdens de oorlog 1940-1945

Art.2. §1er. Il est institué auprès des Services du Premier Ministre une Commission pour le
dédommagement des membres de la Communauté juive de Belgique pour leurs biens spoliés ou délaissés pendant la guerre 1940-1945, dénommée ci-après "la
Commission". La Commission examine et décide sur les demandes de dédommagement selon les conditions et les règles fixées dans le chapitre III.
Art. 2. §1. Er wordt bij de Diensten van de Eerste Minister een Commissie voor de schadeloosstelling van de leden van de Joodse Gemeenschap van België voor
hun goederen die werden geplunderd of achtergelaten tijdens de oorlog 1940-1945, opgericht, hierna te noemen "de Commissie". De Commissie onderzoekt en beslist over de aanvragen tot schadeloosstelling onder de voorwaarden en volgens de regels bepaald in hoofdstuk III.

§2. Le mandat de la Commission a une durée de deux ans. Le Roi peut, par arrêté délibéré en Conseil des Ministres, proroger le mandat de la Commission pour des périodes de maximum un an.
§3. Le Roi règle le fonctionnement de la Commission.

§2. Het mandaat van de Commissie duurt twee jaar. De Koning kan, bij besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad, het mandaat van de Commissie verlengen met periodes van maximum één jaar.
§3. De Koning regelt de werking van de Commissie.
Art. 3. §1er. La Commission est composée de cinq fonctionnaires ou fonctionnaires retraités dont : deux membres francophones ; deux membres néerlandophones ; un président, qui doit avoir justifié de la connaissance de la langue française et de la langue néerlandaise, conformément aux lois sur l'emploi des langues en matière administrative, coordonnées le 18 juillet 1966.
Le président est désigné par le Roi, sur proposition du Premier Ministre. Les autres membres sont désignés par Lui sur proposition du Ministres des Affaires étrangères, du Ministre des Finances, du Ministre de la Justice et du Ministre qui a les victimes de guerre dans
ses attributions.
Art. 3. §1. De Commissie is samengesteld uit vijf ambtenaren of op rust gestelde ambtenaren en omvat : twee Nederlandstalige leden; twee Franstalige leden; een voorzitter, die het bewijs moet hebben geleverd van de kennis van het Nederlands en het Frans overeenkomstig de wetten op het taalgebruik in administratieve zaken, gecoördineerd op 18 juli
1966.
De voorzitter wordt aangeduid door de Koning op voorstel van de Eerste Minister. De overige leden worden door Hem aangeduid op voorstel van de Minister van Buitenlandse Zaken, de Minister van Financiën, de Minister van Justitie en de Minister bevoegd voor de oorlogsslachtoffers.

§2. Deux membres de la Communauté juive de Belgique assistent également aux réunions de la Commission avec voix consultative.
§2. Twee vertegenwoordigers van de Joodse Gemeenschap van België nemen deel aan de
vergaderingen van de Commissie, met raadgevende stem.

§3. Un suppléant est nommé pour le président et pour chaque membre, selon les conditions fixées au §1er.
§3. Voor de voorzitter en voor ieder lid wordt, overeenkomstig de voorwaarden, bepaald in §1, een plaatsvervanger aangewezen.

§4. La Commission peut faire appel à titre consultatif à des experts des administrations et organismes compètents en matière de victimes et dommages de guerre et à d'autres experts, notamment des professeurs d'universités et des représentants des organisations
juives de Belgique.
§4. Met het oog op het inwinnen van hun advies, kan de Commissie een beroep doen op deskundigen van bevoegde besturen en instellingen inzake slachtoffers en oorlogsschade, alsook op andere deskundigen, inzonderheid universiteitsprofessoren en vertegenwoordigers van de Joodse organisaties van België.

Art. 4. Un secrètariat est mis à la disposition de la Commission. Le Roi fixe la composition, le statut et les règles de fonctionnement du secrétariat.
Art. 4. Een secretariaat wordt ter beschikking gesteld van de Commissie. De Koning bepaalt de samenstelling, het statuut en de werkingsregels van het secretariaat.

Art. 5. Les frais de fonctionnement de la Commission et de son secrétariat sont à charge du budget du Premier Ministre.
Art. 5. De kosten verbonden aan de werkzaamheden van de Commissie en van het secretariaat zijn ten laste van de begroting van de Eerste Minister.

Le Roi fixe le montant des jetons de présence et frais de parcours attribués au président, aux membres et aux experts de la Commission.

De Koning bepaalt het bedrag van de presentiegelden en reiskosten, toegekend aan de voorzitter, de leden en de deskundigen van de Commissie.

Chapitre III - Des demandes de dédommagement et de leur traitement
Hoofdstuk III - Aanvragen tot schadeloosstelling en verwerking van die aanvragen

Art. 6. §1er. Peut introduire une demande de dédommagement, toute personne qui satisfait aux conditions suivantes :
Art. 6. §1. Kan een aanvraag tot schadeloosstelling indienen, elke persoon die aan de volgende voorwaarden voldoet :
1°avoir eu sa résidence en Belgique à quelque moment que ce soit pendant la période du 10 mai 1940 jusqu'au 8 mai 1945;
1° zijn verblijfplaats gehad hebben in België op om het even welk ogenblik tijdens de periode van 10 mei 1940 tot 8 mei 1945;

2° en Belgique avoir été spolié de biens dont il était propriétaire ou avoir dû les délaisser suite a une mesure anti-juive des autorités d'occupation allemandes ou suite à des actes de nature antisémite commis par ces mêmes autorités pendant la même période ;
2° in België beroofd zijn van goederen waarvan hij eigenaar was of ze hebben moeten achterlaten ten gevolge van een anti-Joodse maatregel van de Duitse bezettende overheid of ingevolge daden van antisemitische aard begaan door dezelfde overheid tijdens dezelfde periode;

§2. Pour l'application du §1er, on entend par biens spoliés ou délaissés, des avoirs financiers et des biens dont les personnes visées au §1er étaient propriétaires et: 1° qui n'ont ni été restitués par l'Etat, les institutions financières ou les entreprises d 'assurances, ni fait
l'objet d'un quelconque dédommagement, indemnisation ou réparation: 2° et qui ont été identifiés dans le rapport de la Commission d'étude, créée par la loi du 15 janvier 1999
relative à la Commission d'étude sur le sort des biens des membres de la Communauté juive de Belgique spoliés ou délaissés pendant la guerre 1940-1945, ou qui sont identifiés dans le cadre de l 'examen de la demande par la Commission.
§2. Voor de toepassing van §1 wordt verstaan onder geplunderde of achtergelaten goederen, financiële tegoeden en goederen, waarvan de personen bedoeld in §1 eigenaar waren en: 1° die niet werden teruggegeven door de Staat, de financiële instellingen of de verzekeringsmaatschappijen en evenmin aan leiding hebben gegeven tot enige schadeloosstelling, vergoeding of herstelling: 2° en die geïdentificeerd geweest zijn in het verslag van de Studiecommissie, opgericht bij de wet van 15 januari 1999 betreffende de Studiecommissie betreffende het lot van de bezittingen van de leden van de Joodse
gemeenschap van België, geplunderd of achtergelaten tijdens de oorlog 1940-1945 , of die geïdentificeerd worden in het kader van het onderzoek van de aanvraag door de Commissie.

Le Roi peut, par arrêté délibéré en Conseil des Ministres, étendre le champ d'application de l'alinéa précédent, à d'autres secteurs, sur la base du rapport de la Commission, créée par la loi du 15 janvier 1999 précitée.

De Koning kan, bij besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad, het toepassingsgebied van het voornoemd lid uitbreiden tot andere sectoren, op basis van het verslag van de Commissie opgericht bij de voornoemde wet van 15 januari 1999.

§ 3. Si la personne visée au §1er est décédée, les ayants droit au premier et au deuxième dégré au sens des articles 737 à 744 du Code Civil, peuvent demander un dédommagement pour autant que les conditions visées aux §§1er et 2 soient remplies et qu'ils justifient de leur
qualité d'agir conformément aux règles du droit commun.
§ 3. Indien de in §1 bedoelde persoon overleden is, kunnen de rechthebbenden tot de eerste en tweede graad in de zin van de artikelen 737 tot 744 van het Burgerlijk Wetboek, een schadeloosstelling aanvragen mits de in de §§1 en 2 bepaalde voorwaarden vervuld zijn en van hun hoedanigheid doen blijken overeenkomstig de regels van het gemeen recht.

Art. 7. §1er. La demande de dédommagement est formée, dans le délai d'un an à compter de l'entrée en vigueur de la présente loi, par lettre recommandée au président de la Commission et accompagnée de tous les documents utiles. Elle contient les éléments suivants :
Art. 7. §1. De aanvraag tot schadeloosstelling wordt binnen een termijn van één jaar na de inwerkingtreding van deze wet, ingediend bij ter post aangetekende brief wordt toegestuurd aan de voorzitter van de Commissie en vergezeld is van alle nuttige stukken. Ze bevat de
volgende elementen:
1° les nom, prénoms, domicile et nationalité du requérant, ainsi que, s'il échét, les noms, prénoms domicile et qualité de son représentant légal ;
1° naam, voornamen, woonplaats en nationaliteit van de verzoeker en, eventueel, naam, voornamen, woonplaats en hoedanigheid van de wettelijke vertegenwoordiger;

2° la description sommaire des circonstances dans lesquelles les biens ont été spoliés ou délaissés;
2° een korte beschrijving van de omstandigheden waarin de goederen werden geroofd of achtergelaten;

3° si possible, la description précise des biens et du lieu où ils se trouvaient à l'époque et où ils se trouvent actuellement ;
3° zo mogelijk, een nauwkeurige beschrijving van de goederen en van de plaats waar zij zich toen bevonden en zij zich thans bevinden;

4° la déclaration qu'il n'y a pas eu de restitution, indemnisation, dédommagement ou réparation pour les biens.
4° de verklaring dat voor de goederen geen teruggave, vergoeding, schadeloosstelling of herstel heeft plaatsgevonden.
La demande doit être datée et signée et terminée par les mots : " J'affirme sur l'honneur que la présente déclaration est sincère et complète.".
De aanvraag moet worden gedagtekend en ondertekend en eindigen met de woorden: "Ik bevestig op mijn eer dat deze verklaring oprecht en volledig is.".
§2. Le Roi peut préciser les modalités d'introduction de la demande, visée au §1er, ainsi que d'autres règles de procédure devant la Commission.
§ 2. De Koning kan de nadere regels verduidelijken voor de indiening van de in §1 bedoelde aanvraag, alsook de andere procedureregels bij de Commissie.

Art. 8. §1er. La Commission peut procéder ou faire procéder à toutes investigations utiles afin de vérifier la sincérité de la demande de dédommagement. Le résultat est exclusivement destiné à la procédure d'examen de la demande et reste couvert par le secret professionnel. La Commission peut notamment requérir de tout service public, banque ou compagnie d'assurances la communication de renseignements sur l'existence d'un bien sans que le secret professionnel puisse lui être opposé. §2. Dans des cas particuliers, la Commission peut tenir compte d'iniquités d'ordre prépondérant qui, à son avis, peuvent survenir lors de l'application de la présente loi.
Art. 8. §1. De Commissie kan alle nuttige onderzoeken uitvoeren of gelasten teneinde de oprechtheid van de aanvraag tot schadeloosstelling na te gaan. Het resultaat is uitsluitend bestemd voor de procedure van onderzoek van de aanvraag en blijft gedekt door het beroepsgeheim. De Commissie kan onder meer iedere overheidsdienst, bank of verzekeringsmaatschappij verzoeken om mededeling van inlichtingen betreffende
het bestaan van een tegoed, zonder dat haar het beroepsgeheim kan worden tegengeworpen. §2. De Commissie kan in bijzondere gevallen tegemoetkomen aan onbillijkheden van overwegende aard, die zich naar het oordeel van de Commissie bij de
toepassing van deze wet mochten voordoen.

Art. 9. §1er. La Commission peut effectuer les traitements de données à caractère personnel qui sont nécessaires à l'accomplissement de sa mission.
Art. 9. §1. De Commissie kan de verwerking van persoonsgegevens verrichten die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van haar opdracht.

La banque de données relative aux personnes victimes des mesures anti-juives prises par les autorités allemandes, qui a été constituée par la Commission d'étude en application de l'article 4 la loi du 15 janvier 1999 précitée, est transférée à la Commission.

De gegevensbank betreffende de personen die het slachtoffer zijn geweest van de anti-Joodse maatregelen, die werd aangelegd door de Studiecommissie met toepassing van artikel 4 van genoemde wet van 15 januari 1999, wordt overgedragen aan de Commissie.

En dérogation à la procédure prévue à l'article 5, alinéa 2, a), de la loi du 8 août 1983 organisant un registre national des personnes physiques, modifié par la loi du
19 juillet 1991, elle peut également accéder aux informations visées à l'article 3, alinéa 1er,1° à 6° et 8°, alinéa 2, de la même loi et faire usage du numéro d'identification du Registre national des personnes physiques, dans les limites, conditions et fins prévues
aux alinéas suivants.

In afwijking van de procedure waarvan sprake in artikel 5, tweede lid, a), van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen, gewijzigd bij de wet van 19 juli 1991, heeft zij eveneens toegang tot de informatie bedoeld in artikel
3, eerste lid, 1° tot 6° en 8°, tweede lid, van dezelfde wet, en kan zij het identificatienummer van het Rijksregister van de natuurlijke personen gebruiken binnen de grenzen, onder de voorwaarden en voor de doelstellingen bepaald in de volgende leden.

L'accès et l'usage visés à l'alinéa précédent sont réservés: 1° au président et aux membres de la Commission délégués par Lui ; 2° aux membres du niveau 1 du secrétariat.

De toegang en het gebruik bedoeld in het voorgaande lid, zijn toegestaan: 1° aan de voorzitter en de leden van de Commissie die door Hem worden aangewezen: 2° aan de leden van niveau 1 van het secretariaat.

Les informations du Registre national des personnes physiques obtenues ne peuvent être utilisées que pour l'accomplissement de la mission de recherche de la
Commission. Elles ne peuvent être communiquées à des tiers. Ne sont pas considérés comme tiers: 1° les personnes physiques auxquelles se rapportent ces informations, de même que leurs représentants légaux ou leurs ayants-droit: 2° les autorités publiques ou les organismes désignés en vertu de l'article 5 de la loi du 8 août précitée.

De gegevens verkregen van het Rijksregister van de natuurlijke personen mogen uitsluitend worden aangewend voor de uitvoering van de onderzoeksopdracht van de Commissie. Zij mogen niet aan derden worden medegedeeld. Als derden worden niet beschouwd: 1° de natuurlijke personen op wie de gegevens bettrekking hebben, alsook hun wettelijke vertegenwoordigers en hun rechthebbenden: 2° de openbare overheden en de instellingen aangewezen op grond van artikel 5 van voornoemde wet van 8 augustus 1983.

Les personnes visées à l'alinéa 4 peuvent utiliser le numéro d'identification du Registre national des personnes physiques au seul titre de moyen d'identification dans leurs fichiers ou répertoires: 1° à des fins de gestion interne ; 2° dans les relations qu 'elles ont avec les autorités ubliques et organismes qui ont eux-même reçu l'autorisation prévue à l'article 8 de la loi du 8 août 1983.

De personen, bedoeld in het vierde lid, kunnen het identificatienummer van het Rijksregister van de natuurlijke personen in hun bestanden en repertoria alleen als identificatiemiddel gebruiken: 1° voor interne beheersdoeleinden; 2° in hun relaties met de openbare overheden en instellingen aan wie de machtiging bedoeld in artikel 8 van voornoemde wet van 8 augustus 1983 ook is verleend.

La liste des personnes ayant accès aux informations du Registre national des personnes physiques, avec identification de leur fonction et, éventuellement, de leur grade, est transmise à la Commission de la protection de la vie privée. Le numéro d'identification du Registre national des personnes physiques ne peut être reproduit sur des documents susceptibles d'être portés à la connaissance de tiers autres que les autorités ou organismes
également autorisés à l'utiliser.

De lijst van de personen die toegang tot het Rijksregister van de natuurlijke personen hebben, met vermelding van hun functie en eventueel hun graad, wordt aan de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levensfeer bezorgd. Het identificatienummer van het Rijksregister van de natuurlijke personen mag niet worden gereproduceerd op stukken die ter kennis zouden kunnen gebracht worden van andere derden dan de overheden en instellingen die eveneens gemachtigd zijn het te gebruiken.

§2. Le Roi dètermine, par arrêté délibéré en Conseil des Ministres et après avis de la Commission de la protection de la vie privée, la destination de la banque de données au terme du mandat de la Commission.
§2. De Koning bepaalt, bij besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad en na advies van de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, de bestemming van de gegevensbank op het einde van het mandaat van de Commissie.

Chapitre IV - Procédure de paiement des dédommagements, caractère libératoire et versement du solde

Hoofdstuk IV - Procedure voor de betaling van de schadeloosstellingen, schuldbevrijdend karakter en storting van het saldo

Art. 10. Le Roi fixe, par arrêté délibéré en Conseil des Ministres, le coefficient permettant le calcul de la valeur actualisée des montants qui sont versés par l'Etat, les institutions financières et les entreprises d'assurances, visées à l'article 6, §2, alinéa 1er, 1°. Ces montants sont versés au crédit d'un compte spécial qui est ouvert au nom du Trésor belge dans les livres de la Banque nationale de Belgique.
Art. 10. De Koning bepaalt, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad, de coëfficiënt waarmee de geactualiseerde waarde kan worden berekend van de bedragen die worden gestort door de Staat, de financiële instellingen en de verzekeringsmaatschappijen, bedoeld in artikel 6, §2, eerste lid, 1°. Deze bedragen worden gestort op een specifieke
rekening die in de boeken van de Nationale Bank van België wordt geopend op naam van de Belgische Schatkist.

Art. 11. Les décisions de la Commission sont communiquées à l'Administration de la Trésorerie qui est chargée de liquider les montants correspondants à charge du compte visé à l'article 10, alinéa 2.
Art. 11. De beslissingen van de Commissie worden medegedeeld aan het Bestuur van de Thesaurie dat belast wordt met de vereffening van de overeenkomstige bedragen ten laste van de rekening bedoeld in artikel 10, tweede lid.

Art. 12. En vue de l'exécution de l'article 10, un protocole est conclu entre l'Etat, et les institutions financières et les entreprises d'assurances visées à l'article 6, § 2, alinéa 1er, 1°.
Art. 12. Met het oog op de uitvoering van artikel 10, wordt een protocol worden afgesloten tussen de Staat, de financiële instellingen en de verzekeringsmaatschappijen bedoeld in artikel 6, §2, eerste lid, 1°.

Art. 13. Les versements visés à l'article 10, alinéa 2, ont effet libératoire, pour l'Etat, les institutions financières et les entreprises d'assurances concernées à l'égard des personnes visées à l'article 6 et impliquent d'office l'extinction du droit pour ces personnes d'introduire
toute autre demande que celle visée au même article, en fait ou en droit, pour la restitution, l'indemnisation ou le dédommagement des biens concernés.
Art. 13. De stortingen bedoeld in artikel 10, tweede lid, hebben een schuldbevrijdende werking voor de Staat, alsook voor de betrokken financiële instellingen en verzekeringsmaatschappijen tegenover de in artikel 6 bedoelde personen en brengen voor deze personen van rechtswege het verval mee van het recht op iedere andere aanspraak dan die bedoeld in hetzelfde artikel, in feite of in rechte, op de teruggave, de vergoeding of de
schadeloosstelling voor de betrokken goederen.

Art. 14. Au terme du mandat de la Commission et de la liquidation des montants visée à l'article 11, le solde du compte spécial visé à l'article 10, alinéa 2, est versé à un Etablissement d'utilité publique dont les missions de nature sociale, culturelle et religieuse rencontrent les besoins de la Communauté juive de Belgique. Ces missions peuvent également s'étendre à la lutte contre le racisme, l'intolérance et la violation des droits de
l'homme.
Art. 14. Na afloop van het mandaat van de Commissie en de vereffening van de bedragen bedoeld in artikel 11, wordt het saldo van de specifieke rekening bedoeld in artikel 10, tweede lid, overgemaakt aan een Instelling van openbaar nut waarvan de opdrachten van sociale,
culturele of religieuze aard tegemoetkomen aan de behoeften van de Joodse Gemeenschap van België. Deze opdrachten kunnen eveneens betrekking hebben op de strijd tegen het racisme, de intolerantie en de schending van de mensenrechten.

Dans l'année qui suit l'entrée en vigueur de la présente loi, un accompte sur ce solde peut être versé à l' Etablissement d'utilité publique.

In het jaar volgend op de inwerkingtreding van deze wet kan een voorschot van dit saldo gestort worden ten gunste van de Instelling van openbaar nut.

Chapitre V - Disposition générale et entrée en vigueur
Hoofdstuk V - Algemene bepaling en inwerkingtreding

Art. 15. L'arrêté pris en vertu de l' article 6, §2, alinéa 2, est abrogé lorqu'il n'est pas confirmé par la loi dans l'année qui suit sa publication au Moniteur belge.

Art. 15. Het besluit genomen krachtens artikel 6, §2, tweede lid, wordt opgeheven wanneer het niet binnen het jaar na zijn bekendmaking in het Belgisch Staatsblad bij wet zijn bekrachtigd.

Art. 16. Le Roi fixe, par arrêté délibéré en Conseil des Ministres, l'entrée en vigueur de la présente loi.
Art. 16. De Koning bepaalt, bij besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad, de inwerkingtreding van deze wet.

Donné à
Gegeven te
Par le Roi :
Van Koningswege :
Le Premier Ministre, De Eerste Minister,
G. VERHOFSTADT
Le Ministre de la Justice, De Minister van Justitie,
M. VERWILGHEN
Le Ministre des Finances, De Minister van Financiën,
D. REYNDERS

Source
Study Commission on Jewish Assets <http://www.combuysse.fgov.be/>, accessed 27 November 2002

© website copyright Central Registry 2024